Op 17 oktober 2016 komt het bericht naar buiten dat premier Rutte zich inspant voor de nabestaanden en slachtoffers van de busramp in Sierre in 2012. In een brief aan nabestaanden laat hij dit weten. Hoewel de premier erkent geen garantie op resultaat te kunnen bieden is deze beweging van groot belang. Nabestaanden en slachtoffers verdienen het om op zijn minst het gevoel te hebben dat ook de autoriteiten er alles aan hebben gedaan om de toedracht van dit drama te achterhalen. De in strafrecht en cold cases gespecialiseerde advocaat Job Knoester pleit al langer voor maximale inspanning van de Nederlandse, maar ook de Belgische overheid nu de Zwitsers tot dusverre doof leken voor verzoeken van nabestaanden. Zij wensen dat het bloed van de buschauffeur wordt onderzocht om te doen nagaan of hij een afwijking in zijn DNA had waardoor hij gevoelig was voor ernstige bijwerkingen van de door hem gebruikte antidepressiva. Eerder onderzoek wees al uit dat de chauffeur het medicijn Paroxetine slikte. Hiervan is bekend dat bijvoorbeeld zelfmoord als bijwerking kan optreden. Als dat scenario zich in Sierre voordeed was er in feite sprake van een meervoudige moord naast zelfmoord.
Het is goed dat in ieder geval in Nederland nu de premier het belang inziet van onderzoek aan een bloedmonster van de buschauffeur. Nu België nog. Slachtoffers en nabestaanden verdienen naar het oordeel van strafrechtadvocaat Knoester ook de steun van de Belgische overheid.
Wij berichtten eerder over het belang van grondig onderzoek op 26 april 2016, toen overeenkomsten werden gezien met de vliegramp van Germanwings in 2015, op 6 oktober 2015 en 7 maart 2016 toen het boek van de Belgische onderzoeksjorunalist Douglas De Coninck werd gepubliceerd.
Bron: De Telegraaf: